Follow RudiVP on Twitter

maandag 17 oktober 2011

Vroeg

' Het is mij nog altijd een raadsel hoe ik in deze benarde positie terecht ben gekomen. Waar is hier de uitgang? Als ik mij niet vergis lig ik hier al de hele nacht. Wat is dit voor leven? Dat fluwelen deken mag dan het beste doen vermoeden, die dichtgetimmerde tralies zijn toch vooral bepalend voor mijn huidig lot. Ik moet kalm blijven! Elk raadsel is oplosbaar. Al heb ik in mijn weliswaar nog maar korte leven zelden voor hetere vuren gestaan. Ik kan dit niet alleen. Ik schakel over op de hulptroepenoptie! Ik moet aandacht zien te trekken. Schreeuwen! Piepen! Kermen! Ik moet inspelen op het gemoed van een willekeurig aanwezige!!'

Ik lag er bewust vroeg in gisteravond. De laatste nachten verliepen dan wel relatief rustig, ik hield nog altijd rekening met haar pittig en onstuimig karakter. Ze had zich meer en meer bij haar nachtelijke gevangenschap neergelegd, zij het onder soms hevig, bijna meelijwekkend protest. Zo ook deze nacht. Het steeds maar weer terugkerende gejank maakte mij bijkans wanhopig en radeloos. Tijdens stiltes tussendoor hield ik verkrampt mijn adem in. Mijn constante hoop op definitieve overgave bleek keer op keer ijdel. Niet zij maar ik capituleerde uiteindelijk. Ik opende de uitgang en maakte hiermee een eind aan een turbulente nacht. De wekker loog er niet om. Zondag. 06.22.

' Yes! Yes! Het werd tijd! Ik wachtte niet tot het deurtje volledig was geopend maar ontsnapte direct. Niet meer dan terecht werd ik in vrijheid gesteld. Ik zat hier dan ook opgesloten onder valse voorwendselen. Maar nu lag de wereld weer aan mijn voeten. Of in mijn bek. Want ik ben er nu wel achter dat daar vooral mijn kwaliteiten liggen. Hé!? Dikke wandelende stokken! En er hangt iets van textiel om heen! Ik ga ze volgen! Oh nee! Daar ligt iets ronds! Als ik daar met mijn neus tegenaan duw dan beweegt het verder! Booooring... Ik moet door die opening zien te komen! Daar lopen van die knakkers rond die niets met mij te maken willen hebben. Alsof ik een of andere melaatse vandaal ben. Die krijg ik wel op de kast! Gewoon even geluid maken en hoppa... Lachen man!! Hé!? Hé!? Wat doet hij daar in mijn nek? Blijf van me af! Ik zit vast. Maak me los! Ik moet met mijn hoofd schudden. Dan kom ik wel los. Het lukt niet! Het sleept me mee...!

Haar enthousiaste reactie deed mij de vermoeiende nacht vrijwel vergeten. Ik sjokte in joggingbroek richting keuken. Net een maatje te groot. Op jacht naar koffie. Zwart zonder suiker. Het ontwaken behoorde nog altijd niet tot mijn meest aansprekende competentie. Zeker niet na een rumoerige nacht als deze. Zij liep al hangend aan mijn broekspijp met mij mee, maar al snel leidde een bal de aandacht af. Enthousiast en onbehouwen reageerde zij op elke aanwezige prikkel van buitenaf. Alles ook maar enigszins hapklaar werd getest. Andere, over het algemeen miauwende, viervoeters werden geprovoceerd en getart. Zij bleek te beschikken over een onuitputtelijke bron van energie. Stoom moest worden afgeblazen. Ik maakte haar vast aan de riem met rollijn. Het gaf haar weliswaar vijf meter bewegingsruimte, maar een simpele duimdruk op de zwarte knop zou het eventuele weglopen tegengaan. Hoewel zij mijn plan om naar buiten te gaan niet steunde liet ik haar geen keus. Enigszins naïef stapte ik blootsvoets in mijn Zweedse klompen.

Ik opende het tuinhek en sleepte de pup met mij mee. Zij zette zich schrap maar beschikte over onvoldoende kracht. Een ongelijke strijd. De weg waarop wij wandelden was leeg en verlaten. Niet vreemd op een dergelijk honds tijdstip. Bevroren dauw sierde de kanten van de weg. Bood de pup in eerste instantie nog weerstand, al snel was zij overstag. Het dartelde en zwalkte over Groningse wegen en zelfbedieningsbruggen. Een haan werd door de hond gewekt. Een lege plastic fles terloops tussen de nog prille kaken geklemd. Onder de brug rustende eenden al taterend uit elkaar gejaagd. Odeur van soortgenoten voor eeuwig opgeslagen. Energie verbruikt.

De weg terug was nog even uitgestorven als voorheen. Het weidse Groningse platteland werd overgoten door een net opkomende zon. Weliswaar minder in kracht dan voorheen maar wel machtig en overweldigend. De mist hing decimeters hoog boven het Damsterdiep. Mijn broekspijpen nat en ijzig. Mijn blote voeten in de terloops aangetrokken Zweedse klompen idem dito. Ruimschoots voor we weer thuis arriveerden zette de pup haar nu al gespierde kont op het ijskoude asfalt. Vragend en met de door de kou betraande ogen keek ze mij aan. Haar kop iets naar rechts gebogen.

' Wat ben je met mij van plan. Ik ben misselijk. Moet denk ik kotsen. Ik kan niet meer. Ben bekaf. Help. Alsjeblieft...?!?

1 opmerking:

  1. Wat heerlijk om de dag te beginnen met een lekker bakkie en een verse blog van Rudi. Je hebt het weer geflikt Ruud, alweer zo'n juweeltje.
    Sterkte met het opvoeden van Teuntje!
    Groetjes aan allen daar!
    (misschien staan er straks 2 reactie van mij, snap er niets van, mijn eerdere reactie is kennelijk niet geplaatst?)

    BeantwoordenVerwijderen