Follow RudiVP on Twitter

zondag 28 oktober 2012

Wintertijd

Ik schrok wakker en zocht de tijd. De grote ronde wandklok met Romeinse cijfers hing niet alleen te ver weg, de duisternis maakte dat ik niet alleen de tijd maar zelfs de klok in zijn geheel niet kon waarnemen. Geen erg. Al sinds de aanschaf vroeg ik mij af hoeveel grandeur een plat rond stuk breekbaar hout mocht hebben. Het stickervel met de Romeinse cijfers liet hier en daar al los en toonde de ware aard van dit stuk clichékunst in optima forma.

Ik richtte mijn blik op mijn armetierige telefoon. Sinds kort in gebruik als alternatief communicatiemiddel. Mijn eigen Koreaans wonder had weken terug kennis mogen maken met de Hollandsche bodem van den Loosdrechtse Plassen. Een duur mannenuitje achteraf maar het was de moeite waard. Ik moest het nu doen met druktoetsen en een scherm niet veel groter dan een postzegel. Deze telefoon confronteerde mij met mijn leesbrilbehoefte bovendien. De hufter. Ik keek op het minieme schermpje en zag tot mijn schrik '05.33' vermeld staan!

Met man en macht probeerde ik zaken te ordenen. Eerst diende ik de dag te bepalen. 'Oke. Even resumeren Ruud. Niet moeilijk. Gisteren stond ik kleumend langs twee voetbalvelden.' In Groningen zijn sportcomplexen nog kaler en kouder dan elders in het land. 'Dan moet het nu zondagochtend zijn. Kan niet missen. Maar waarom dan die verwarring? Het is wintertijd. Dus het is eigenlijk al 06.33 uur! Waarom neemt mijn onrust dan toch zo toe!?'

Al snel wist ik mij te focussen en kwam ik tot een zorgwekkende conclusie. Hoewel de zondagse zonsopgang best nog even op zich liet wachten, bleven twee puberbedden nog altijd onbeslapen. Slechts één teken van leven had ik mogen ontvangen rond 03.33 uur. 'Slapen jullie al?' was maar moeizaam te lezen in het nietige telefoonscherm tijdens dit nachtelijk uur. 'Nu niet meer' antwoordde ik twee uur later. Of één uur. Daar brand ik mijn handen nu niet aan. Ik liet nog een bericht volgen. Het typen verliep maar moeizaam. Ik kon de juiste lettertjes niet vinden op het minuscule toetsenbord. Onrust, zorg en een beginnende boosheid maakten zich meester van mijn inmiddels ruimschoots wakkere brein. Ik was er klaar mee.

Ik had niet wakker gelegen maar was wakker geschrokken. Ik had mij dus blijkbaar eerder niet al te veel zorgen gemaakt over de handel en wandel van mijn pubers in nachtelijk Stappingedam. Maar nu was het genoeg. Ik liep richting voordeur en keek in de Groningse duisternis. Ik hoorde de landelijke stilte. Het grote niets. Ik bedacht mij geen moment. Ingrijpen was gewenst. Verder slapen geen optie. Het was zondagochtend. 05.35 uur. Ik verstuurde een whatsapp. Met een overduidelijke boodschap. Foutloos dit keer. Ondanks de pietepeuterige toetsen op mijn ondermaatse telefoon.

Niet veel later volgde geroezemoes. Er werd buiten nog wat gekeuveld en nagepraat. Ik gedoogde de situatie en stond vlak voor de wandklok met Romeinse cijfers. De kleine wijzer bevond zich nog altijd ergens tussen de VI en de VII. Tijd om nog even te gaan liggen.